06.02
2025

Een nieuw federaal Regeerakkoord: veranderingen in de arbeidsmarkt

 

 

Het puntje “arbeidsmarkt” in het federaal Regeerakkoord bevat maar liefst 11 grote delen die de arbeidsmarkt structureel zouden moeten hervormen. De centrale doelstelling is om op termijn de werkzaamheidsgraad in België tegen 2029 te verhogen tot 80%.

Het gaat om de volgende 11 delen:
1)     Vergroting van het verschil tussen werken en niet-werken tot meer dan € 500
2)     Hervorming van de werkloosheidsuitkering tot een echte verzekering
3)     Langer werkbaar werken
4)     Modernisering van het arbeidsrecht
5)     Administratieve vereenvoudiging
6)     Een allesomvattend plan voor de preventie en re-integratie van langdurig zieken

a.    Werkgevers
b.    Werknemers
c.     Behandelend artsen
d.    Ziekenfondsen
e.     Regionale diensten voor arbeidsbemiddeling

7)     Zelfstandigen
8)     Loonvorming die koopkracht en concurrentiekracht beschermt
9)     Modern sociaal overlegmodel
10)   Een werkloosheidsreglementering op maat van de verschillende regionale arbeidsmarkten
11)   Sociale fraudebestrijding

Hierna zullen enkele belangrijke veranderingen worden toegelicht. Het betreft een exemplatieve opsomming. Er wordt in onderstaande uiteenzetting ook niet in gegaan op de bovenvermelde punten 1), 7) en 10).

Opgelet: deze maatregelen zijn nog niet definitief en moeten worden omgezet in concrete regelgeving!

1) Hervorming van de werkloosheidsuitkering tot een echte verzekering
Het stelsel van werkloosheidsuitkeringen zal grondig worden hervormd. De voornaamste krachtlijnen zijn de volgende:

  • De duur van de werkloosheidsuitkeringen wordt beperkt tot maximum 2 jaar (met uitzondering van wie ouder is dan 55 jaar indien zij een beroepsverleden hebben van minstens 30 jaar van elk 156 gewerkte dagen).
  • Wie werkloos wordt, krijgt daarbij de eerste periode een hogere financiële bescherming.
  • Naarmate de tijd vordert, daalt de uitkering sterker dan vandaag (met uitzondering van werknemers die in 2025 30 jaar hebben gewerkt en 35 jaar in 2030).
  • Hoelang je een werkloosheidsuitkering kan ontvangen, hangt af van het aantal voordien gewerkte jaren. 1 jaar werken in de voorbije 3 jaar opent het recht op maximum 1 jaar werkloosheidsuitkering. Aanvullend krijg je per 4 extra gewerkte maanden recht op 1 maand extra uitkering, zodat je na 5 gewerkte jaren recht hebt op de uitkering van maximum 2 jaar.
  • Wie in de loop van zijn carrière meermaals werkloos wordt, kan, indien hij opnieuw voldoet aan de toelatingsvoorwaarde (1 jaar gewerkt in de voorbije 3 jaar), het recht op het maximum van 2 jaar openen op basis van het nog beschikbare (opgespaarde)  beroepsverleden.

2) Langer werkbaar werken
Onder dit puntje springt het “familiekrediet” het meest in het oog. Een familiekrediet vereenvoudigt de verlofrechten voor wie bijdraagt aan de zorg van een kind, en harmoniseert de verschillende stelsels zodat er geen onderscheid is naar het statuut van werknemer, zelfstandige of ambtenaar.

Elk kind krijgt bij de geboorte een rugzakje met verlofrechten waarin de bestaande verloven in het kader van de geboorte en de latere zorg voor het kind geïntegreerd worden. In het familiekrediet is er ook plaats voor nieuwe of aangepaste modaliteiten zoals bijvoorbeeld opname door grootouders en het stimuleren van opname door beide ouders. Bij kinderen die maar 1 ouder (meer) hebben, maakt die ouder aanspraak op het volledig rugzakje.

Daarnaast zullen het systeem van SWT (het voormalige brugpensioen) en andere systemen, die een vervroegde uittrede uit de arbeidsmarkt aanmoedigen, worden stopgezet vanaf de datum van het regeerakkoord, behalve  voor medisch SWT.

Een opmerkelijke verandering is de mogelijkheid voor een werknemer met een loopbaan van minstens 10 jaar om eenmalig zelf ontslag te nemen met behoud van werkloosheidsuitkeringen voor een beperkte periode van 6 maanden. De duurtijd zou eenmalig met 6 maanden verlengd kunnen worden bij het volgen van een succesvolle opleiding voor een knelpuntberoep.

Tenslotte zal het individueel opleidingsrecht behouden blijven, maar gedeeltelijk worden gecollectiviseerd. Om administratieve rompslomp te vermijden, worden onder andere flexi-jobs, seizoenarbeiders en studenten uitgesloten. Ook is het belangrijk dat niet-opgenomen opgebouwde vormingsrechten geen aanleiding meer zullen geven tot een uitbetaling in loon.

3) Modernisering van het arbeidsrecht
Onder dit puntje somt het Regeerakkoord heel wat hervormingen op die belangrijk zijn voor werkgevers:

  • Vóór 30 juni 2025 wordt een nieuw wettelijk kader ingevoerd waarbij een annualisering van de arbeidstijd of ‘accordeon’ uurroosters mogelijk wordt voor deeltijdse en voltijdse arbeid. Mits akkoord van de werknemer zou de gemiddelde arbeidsduur dan enkel op jaarbasis moeten worden berekend, wat kan bijdragen tot meer flexibiliteit.
  • De verplichting dat de minimale wekelijkse arbeidsduur minstens 1/3de moet zijn van een voltijds uurrooster wordt afgeschaft.
  • Het verbod op arbeidsprestaties van minder dan 3 uur en oproepcontracten worden behouden.
  • De verplichting om alle toepasbare uurroosters op te nemen in het arbeidsreglement wordt opgeheven indien de grenzen van de flexibiliteit daar duidelijk worden omschreven.
  • De verhoging van de begrenzing van studentenarbeid in het arbeidsrecht en de sociale zekerheid wordt permanent tot maximaal 650 uur studentenarbeid. De leeftijdsgrens voor studentenarbeid wordt 15 jaar.
  • Het verbod op nachtarbeid wordt afgeschaft, net als de wettelijk verplichte sluitingsdag. Of met dit laatste ook wordt bedoeld dat het verbod op zondagsarbeid wordt afgeschaft is nog niet duidelijk. De regelgeving inzake openingsuren zou ook worden versoepeld.
  • Nachtarbeid in de distributiesector en aanverwante sectoren (waaronder e-commerce) zal voortaan starten vanaf middernacht (24 uur) in de plaats van de huidige grens vanaf 20 uur.
  • Vóór 31 december 2025 wordt de proefperiode opnieuw ingevoerd: het wordt voortaan mogelijk voor beide partijen om het arbeidscontract te beëindigen met een opzegtermijn van 1 week gedurende de eerste 6 maanden van het contract.
  • Voor flexi-jobs zouden de volgende veranderingen worden doorgevoerd:
    •      Het maximum jaarinkomen voor flexi-jobs wordt verhoogd van € 12.000 naar € 18.000;
    •      Waar geldend wordt het maximum uurloon verhoogd van € 17 naar € 21. Deze bedragen worden verder geïndexeerd;
    •      Voor voltijdse werknemers wordt het verbod van tewerkstelling bij verbonden ondernemingen geschrapt.
  • De wet van 15 mei 2024 tot invoering van een samenlevingsdienst wordt opgeheven.
  • Overuren: De 180 fiscaalvriendelijke overuren blijven gegarandeerd. Voor onvrijwillige overuren zal de werkgever overloon verschuldigd blijven. Er zullen in alle sectoren 360 vrijwillige overuren kunnen worden gepresteerd waarvan 240 netto-overuren. Voor de horeca zullen de 360 vrijwillige overuren worden opgetrokken naar 450 overuren, waarvan 360 zonder verplicht overloon. De vrijwillige overuren worden voorbehouden voor voltijdse werknemers maar worden daarnaast mogelijk voor deeltijdse werknemers die minstens 3 jaar deeltijds werken op voorwaarde dat er een tijdelijke toename van werk is.
  • Het aantal beschermingsvergoedingen zal worden beperkt. Over welke vergoedingen het gaat, wordt niet gespecifieerd.

4) Administratieve vereenvoudiging
Enkele maatregelen worden geschrapt:

  • Het FLA (“Federal Learning Account”);
  • De startbaanverplichting.

Daarnaast valt op dat de administratieve lasten voor de werkgever bij deeltijdse arbeid zouden vereenvoudigd worden.

Bestaande of nieuwe Europese richtlijnen die rapporteringsverplichtingen opleggen, zullen kritisch worden bekeken door de nieuwe Regering. Denk hier bijvoorbeeld aan de rapporteringsplicht in het kader van de ESG-wetgeving of de Europese richtlijn over loontransparantie. Of uit deze Europese richtlijnen uiteindelijk Belgische wetgeving met verplichtingen voor de werkgevers zal voortvloeien, is nog af te wachten.

Daarnaast zullen risico-analyses, die de Welzijnswet verplicht, niet meer jaarlijks moeten worden herhaald indien de werkomstandigheden niet veranderen.

Een laatste belangrijke administratieve vereenvoudiging zou betrekking hebben op de bewaringstermijnen voor documenten. Deze zal waarschijnlijk worden ingekort en worden geuniformiseerd.

5) Een allesomvattend plan voor de preventie en re-integratie van langdurig zieken
Met dit plan wil de nieuwe Regering 5 actoren sterk responsabiliseren. Hieronder wordt kort toegelicht wat er zal veranderen voor deze betrokken actoren.

5a. Werkgevers
Werkgevers worden onder meer geresponsabiliseerd door de volgende maatregelen:

  • Gedurende de eerste 2 maanden van primaire arbeidsongeschiktheid, die volgen op de periode van gewaarborgd loon moeten werkgevers, die geen KMO zijn, een bijdrage voor deze groep van 30% van de uitkering betalen.-       De re-integratietrajecten via de werkgever zouden worden hervormd zodat ze ook rekening houden met tewerkstellingsmogelijkheden bij andere werkgevers. Wat hiermee juist wordt bedoeld is nog niet duidelijk.
  • De behandelend arts moet - na een arbeidsongeschiktheid van 1 maand - het ziektebriefje via het TRIO-platform delen met de preventieadviseur-arbeidsarts, de adviserend arts, en andere actoren die toegang hebben tot het TRIO-platform.
  • De preventieadviseur-arbeidsarts moet voor elke werknemer die minstens 1 maand afwezig is wegens gezondheidsproblemen (en waarvoor hij dus een ziektebriefje heeft gekregen) een actie ondernemen, zoals het doorsturen van informatie en het uitnodigen voor een gesprek.
  • Werkgevers worden verplicht om na 8 weken arbeidsongeschiktheid een inschatting te laten maken van het arbeidspotentieel van hun werknemer door de externe preventiedienst, en desgevallend een re-integratie-traject te starten. Voor werkgevers met meer dan 20 werknemers wordt een sanctie voorzien indien niet binnen de 6 maanden vanaf de aanvang van de ziekte een re-integratieproces wordt opgestart.
  • De huidige wachtperiode voor de opstart van de procedure tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst omwille van medische overmacht wordt ingekort van 9 naar 6 maanden ononderbroken arbeidsongeschiktheid.
  • In plaats van de huidige verplichte 3 maanden wachtperiode wordt het voor werkgevers mogelijk (niet verplicht) om een formeel of informeel re-integratietraject naar werk op te starten vanaf de eerste dag ziekte mits toestemming van hun werknemer.

5b. Werknemers

Werknemers zullen dan weer geresponsabiliseerd worden door onder meer de volgende maatregelen:

  • Nog slechts 2 keer per jaar kan de werknemer afwezig blijven op het werk zonder ziektebriefje.
  • Langdurig zieken zullen regelmatig opnieuw worden beoordeeld en eventueel een verplicht re-integratietraject worden aangeboden.
  • Wanneer langdurig zieken niet meewerken aan een traject om hen terug aan het werk te krijgen, zullen ze gesanctioneerd worden door een vermindering van de uitkering met 10%. Wanneer ze zonder geldige motivatie niet komen opdagen op een uitnodiging van een arts (arbeidsarts of adviserend arts), kan dit aanleiding geven tot een schorsing van het recht op uitkeringen/gewaarborgd loon.
  • Bij herval van ziekte zal de werknemer pas na 8 weken werkhervatting opnieuw recht hebben op 30 dagen gewaarborgd loon. Bij progressieve tewerkstelling zal de werknemer geen recht meer hebben op gewaarborgd loon bij herval.
  • Bij progressieve tewerkstelling zal het mogelijk zijn om ook een toelating te bekomen van de behandelend arts of de arbeidsarts. Dit moet wel nog steeds worden gemeld aan de adviserend arts van het ziekenfonds.
  • Tot slot zal de nieuwe regering er ook voor zorgen dat werknemers in progressieve tewerkstelling op het einde van het jaar niet een te grote som aan de belastingen moeten betalen door in te zetten op een automatisch en administratief eenvoudige vorm van fiscaal voluntariaat.

5c.Behandelende artsen
Ook de behandelende artsen worden geresponsabiliseerd:

  •         Behandelende artsen moeten voortaan altijd de mogelijkheid van aangepast of ander werk bekijken bij het schrijven of verlengen van een ziektebriefje. In bepaalde gevallen zal het ziektebriefje/arbeidsongeschiktheidsattest worden vervangen door een ‘fit note’ (geschiktheidsattest) waarvan de inhoud via het TRIO-platform kan worden overlegd met de arbeidsarts.
  • Op basis van datamining worden artsen die significant meer en/of langere periodes van arbeidsongeschiktheid voorschrijven opgevolgd, aangesproken of financieel geresponsabiliseerd in hun voorschrijfgedrag.
  • Er wordt voor werkgevers een digitaal meldpunt voor verdachte ziektebriefjes ingevoerd bij de SIOD.

5d. Ziekenfondsen
De ziekenfondsen zullen dan weer geactiveerd worden door hun werkingskosten meer afhankelijk te maken van de mate waarin zij er effectief in slagen om langdurig zieken te re-integreren op de arbeidsmarkt.

5e. Regionale diensten voor arbeidsbemiddeling
Er zullen nieuwe samenwerkingsakkoorden met de regionale bemiddelingsdiensten worden gesloten met een ambitieuze doelstelling en groeipad in het actieve bereik en de re-integratie naar werk van langdurig zieken.

6) Loonvorming die koopkracht en concurrentiekracht beschermt
Onder deze afdeling zijn de volgende punten belangrijk:

  • Het principe van automatische indexering van de lonen wordt behouden.
  • Ook de Loonbeschermingswet blijft behouden. De nieuwe regering vraagt wel om tegen 31 december 2026 advies uit te brengen over de hervorming van deze systemen.
  • Ook in 2028 zal het GGMMI opnieuw worden verhoogd.

7) Modern sociaal overleg
Deze nieuwe Regering wilt inzetten op een moderner sociaal overleg door onder meer:

  • de sociale partners te vragen om tegen 1 januari 2027 het aantal paritaire comités te verminderen;
  • de juridische bescherming van de vakbonden te waarborgen voor wat betreft betogingen en stakingen maar niet wat betreft hun handelingen als dienstverlener of organisator van andere activiteiten;
  • de periode van ontslagbescherming van niet verkozen kandidaten bij de sociale verkiezingen terug te brengen van 2 jaar naar 6 maanden;
  • te vragen aan de sociale partners om het stakingsrecht tegen 31 december 2025 te verduidelijken;
  • tripartite sociale akkoorden te sluiten in de federale non-profit sectoren met het oog op een opwaardering en modernisering van de arbeidsomstandigheden.

8) Sociale fraudebestrijding
Omdat sociale fraude het draagvlak van de sociale zekerheid ondermijnt, wenst de nieuwe Regering de volgende maatregelen te nemen:

  • De Belgische gebruikers/werkgevers worden verplicht te controleren of de buitenlandse dienstverlener over een erkenning beschikt, vóór ze ermee kunnen samenwerken.
  • De uitwisseling van informatie tussen Belgische en buitenlandse inspectiediensten op Europees niveau over terbeschikkingstelling in andere Europese landen zal worden verbeterd.
  • De sociale inspectiediensten (RSZ en TSW) moeten rechtstreeks en van op afstand gebruik kunnen maken van de sociale gegevens, die geregistreerd worden in de zogenaamde witte kassa, om via datamining zwartwerk, niet correcte betaling van sociale bijdragen en sociale dumping beter te kunnen aanpakken.
  • De samenwerking tussen de federale en regionale sociale inspectiediensten wordt versterkt door een actualisering van het Samenwerkingsakkoord.
  • Om te verzekeren dat seizoenarbeiders hun fiscale en sociale rechten en plichten kunnen doen gelden, respectievelijk uitvoeren, dienen deze arbeiders zich bij de gemeente aan te melden opdat zij een domicilie-adres van het land van herkomst laten registreren.
  • De nieuwe Regering verhoogt het aantal controles met betrekking tot de daadwerkelijke verblijfplaats op Belgisch grondgebied, de gezinssamenstelling en het middelenonderzoek om in aanmerking te komen voor sociale uitkeringen en sociale bijstand.
  • De nieuwe Regering verhoogt het aantal controles op zwartwerk in de sectoren met tekorten, met name: Bouw; Elektriciteit; Schoonmaak; Horeca; Goederenvervoer; Vlees; Taxi; Verhuizingen; Beveiliging; Land- en tuinbouw; Carwash; Dienstencheques; Begrafenisondernemingen.
  • De nieuwe Regering verhoogt het aantal controles op de platformen in de deeleconomie en de digitale platformen die opdrachten geven, evenals op de platformwerkers (identiteitsfraude, delen van accounts, ...).

Om de arbeidsmarkt verder te versterken, voert de Regering ook een pensioenhervorming door om mensen langer aan het werk te houden. Volgende week gaan we in op de maatregelen die op dit vlak worden voorzien.

 

Bron: Federaal Regeerakkoord 2025-2029.

CLB Group
Industrieterrein Kolmen 1085
3570 Alken
GPS-adres: Stationsstraat 108
011 31 23 41
011 31 45 67
Volg ons op