
In de huidige krappe arbeidsmarkt, kan het interessant zijn om de hulp van jouw werknemers en/of derden in te roepen bij het vinden van een geschikte kandidaat voor een vacature binnen jouw bedrijf. Wanneer deze kandidaat effectief in dienst wordt genomen en wanneer voldaan is aan eventuele andere voorwaarden, kan je aan jouw werknemer en/of derde (de aanbrenger) een premie toekennen. Zo’n premie staat ook wel gekend als een aanbrengpremie, aanwervingspremie of referral fee.
Dit systeem kan niet worden ingezet voor HR-medewerkers of directieleden omdat zij beslissingsbevoegdheid hebben bij het aanwervingsproces.
De fiscus heeft in het verleden al een aantal voorafgaande beslissingen genomen over de vraag of deze premie een beroepsinkomen dan wel een divers inkomen vormt. Recent bevestigde de Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB) nogmaals zijn standpunt.
1. Fiscaal
1.1. Principe: bezoldigingen onderworpen aan bedrijfsvoorheffing
In principe worden alle beloningen, die voor een werknemer de opbrengst van zijn arbeid in dienst van de werkgever vormen, bestempeld als bezoldigingen. Hieronder worden onder andere verstaan wedden, lonen, commissies, gratificaties, premies, vergoedingen en alle andere soortgelijke beloningen.
Indien de aanbrengpremie enkel wordt opengesteld voor werknemers, zal ze een bezoldiging vormen.
Deze inkomsten worden onderworpen aan de bedrijfsvoorheffing. Aangezien de premie niet regelmatig wordt verworven, is ze bovendien onderworpen aan het uitzonderlijke tarief van de bedrijfsvoorheffing, dat kan oplopen tot 53,50%.
Dit vermoeden kan echter worden weerlegd door te bewijzen, aan de hand van feitelijke omstandigheden, dat een andere oorzaak dan de arbeidsrelatie het voordeel volledig verklaart of dat het voordeel even goed had kunnen worden verkregen indien de beroepswerkzaamheid niet werd uitgeoefend.
1.2. Uitzondering: divers inkomen
In de situatie waarover de DVB moest oordelen, konden zowel personeel als derden onder dezelfde voorwaarden aanspraak maken op de premie, zou de premie louter voor het aanbrengen van de kandidaat worden toegekend, zonder verdere betrokkenheid bij het aanwervingsproces, en zou de premie in de tijd beperkt worden tot maximaal twee keer per jaar. De DVB leidde uit deze omstandigheden af dat er geen sprake kon zijn van een beroepsinkomen.
De DVB was daarentegen van oordeel dat de premie een divers inkomen uitmaakt. Diverse inkomsten zijn winsten of baten die zelfs occasioneel of toevallig, buiten het uitoefenen van een beroepswerkzaamheid, voortkomen uit enige prestatie, verrichting of speculatie of uit diensten bewezen aan derden. De DVB kwam tot deze beslissing omdat de aanbrengpremie als een toevallige prestatie wordt beschouwd, zowel in hoofde van het eigen personeel als in hoofde van de derde begunstigde.
Diverse inkomsten worden belast tegen 33%.
2. Beperkte draagwijdte
We merken op dat de voorgaande beslissing de fiscus enkel bindt m.b.t. de werkgever die de ruling had aangevraagd in de specifieke situatie van de ruling. Indien jouw onderneming een gelijkaardige regeling wil invoeren, is het aangewezen om vooraf een ruling aan te vragen bij de fiscus.
Bovendien is de RSZ niet gebonden door deze beslissing van de fiscus. Volgens de RSZ worden beschouwd als loon alle voordelen in geld of die in geld waardeerbaar zijn die ofwel worden toegekend aan de werknemer in ruil voor uitgevoerde prestaties in het kader van een arbeidsovereenkomst, ongeacht of de werkgever, dan wel een derde het voordeel toekent of waarop de werknemer recht heeft door zijn aanwerving, rechtstreeks of onrechtstreeks ten laste van de werkgever.
Het is bijgevolg aangewezen om sociale zekerheidsbijdragen in te houden op een aanbrengpremie.
Bron: Voorafgaande beslissing nr. 2024.0754 van 19 november 2024, FOD Financiën, 5 februari 2025.