Sinds 9 juni 2021 zijn heel wat coronamaatregelen versoepeld, ook wat het telethuiswerk betreft. Wij geven u een overzicht van alle regels m.b.t. telethuiswerk die sinds 9 juni 2021 van toepassing zijn.
Telewerk blijft verplicht
Telethuiswerk blijft verplicht in alle ondernemingen, ongeacht de aard van de arbeidsrelatie, tenzij dit onmogelijk is omwille van de aard van de functie of de continuïteit van de bedrijfsvoering, de activiteiten of de dienstverlening. Voor de werknemers die verplicht aanwezig moeten zijn in de onderneming, moet de werkgever nog steeds een attest of ander bewijs kunnen voorleggen dat aantoont dat de aanwezigheid van de werknemer op de werkvloer noodzakelijk is. Dit attest is niet verplicht voor de terugkeermomenten.
Terugkeermomenten
De werkgever kan vanaf 9 juni terugkeermomenten organiseren in de onderneming. De bedoeling hiervan is het psychosociaal welzijn en de teamgeest te bevorderen.
Deze terugkeermomenten mogen maximaal 1 werkdag per week per persoon bedragen. Per dag mag maximum 20% van de personen voor wie telewerk verplicht is, tegelijkertijd in de vestigingseenheid aanwezig zijn. Voor KMO’s waar minder dan 10 personen werkzaam zijn, mogen maximum 5 personen van diegenen voor wie telethuiswerk verplicht is, tegelijk aanwezig zijn.
Tijdens deze terugkeermomenten moeten passende preventiemaatregelen worden genomen om de regels van social distancing te garanderen en een maximaal niveau van bescherming te bieden.
Bovendien moeten de volgende voorwaarden worden nageleefd:
- tussen werkgever en werknemer moet een gemeenschappelijk akkoord worden bereikt over de terugkeermomenten. Een werknemer kan niet worden verplicht om aan deze terugkeermomenten deel te nemen;
- de werknemers moeten vooraf instructies krijgen over alle maatregelen die worden genomen om ervoor te zorgen dat de terugkeer veilig verloopt;
- de werknemers moeten erover geïnformeerd worden dat zij in geen geval naar de werkplek mogen terugkeren als zij zich ziek voelen, ziektesymptomen vertonen of in quarantaine zijn;
- de werkgever mag hieraan geen gevolgen verbinden voor zijn werknemers;
- zich verplaatsen van en naar het werk met het openbaar vervoer tijdens piekuren of via carpooling moet zoveel mogelijk vermeden worden;
- het besluit om terugkeermomenten te organiseren moet worden genomen met inachtneming van de sociale dialoog in de onderneming, waarbij alle voorwaarden worden gecontroleerd.
Telewerkaangifte
Voorlopig blijft de maandelijkse telewerkaangifte behouden. Het aantal personen werkzaam in de onderneming en het aantal niet-telewerkbare functies per vestigingseenheid moeten nog steeds elektronisch worden aangegeven via de portaalsite van de RSZ, behalve indien dit aantal personen niet is gewijzigd sinds de laatste geldige aangifte. Niet alleen de werknemers zelf moeten gemeld worden maar ook alle andere personen die werkzaam zijn in de onderneming, ongeacht de aard van de arbeidsrelatie (uitzendkrachten, bestuurders, …).
Er worden nu wel een aantal uitzonderingen voorzien. Dienen vanaf de maand juli geen aangifte meer te doen:
- de KMO’s waar minder dan 5 personen werkzaam zijn, ongeacht de aard van hun arbeidsrelatie;
- de werkgevers uit de bouw-, schoonmaak- en vleessector die onderworpen zijn aan de verplichte aanwezigheidsregistratie;
- bepaalde inrichtingen waar gevaarlijke stoffen aanwezig zijn;
- de private en openbare diensten voor zorg, opvang en bijstand voor personen, voor oudere personen, voor minderjarigen, voor mindervalide personen en voor kwetsbare personen, met inbegrip van slachtoffers van intrafamiliaal geweld. In de privésector gaat het met name om de paritaire comités 318, 319, 330, 331 en 332;
- alle onderwijsinstellingen, behalve de universiteiten, privéscholen en andere opleidingsinstellingen die de lonen van al het personeel zelf betalen.
‘Take a break’-formule
Tijdens de periode van verplicht telewerken werd de aandacht gevestigd op voldoende beweging tijdens de werkdag thuis. Ook op kantoor kunnen we dit makkelijk verder zetten met onze ‘Take a break’-formule.