Sinds 1 oktober 2022 kunnen werkgevers het bijzonder stelsel tijdelijke werkloosheid energie aanvragen. Deze nieuwe vorm van tijdelijke werkloosheid kan momenteel worden ingevoerd van 1 oktober 2022 tot en met 31 december 2022. Het reeds bestaande systeem van economische werkloosheid kan ook nog toegepast worden; de werkgever kan dus kiezen van welk van beide systemen hij gebruik wenst te maken.
De RVA heeft ons wel laten weten dat alle aanvragen die gedaan worden vanaf het moment dat de ontvangstbevestiging van het formulier C106A-ENERGIE van de RVA werd ontvangen, zullen vallen onder het systeem van tijdelijke werkloosheid energie.
1. Wie kan gebruik maken van het bijzonder stelsel tijdelijke werkloosheid energie?
Om gebruik te kunnen maken van het bijzonder stelsel tijdelijke werkloosheid energie moet de werkgever voldoen aan de definitie van een energie-intensief bedrijf. Dit betekent dat de onderneming moet kunnen aantonen dat:
- de aankoop van energieproducten (met inbegrip van energieproducten andere dan aardgas en elektriciteit) voor het kalenderjaar 2021 tenminste 3% van de toegevoegde waarde van de onderneming uitmaakte OF;
- de definitieve energierekening voor het kwartaal voorafgaand aan het kwartaal waarin de onderneming gebruik maakt van de bijzondere regeling tijdelijke
werkloosheid energie is verdubbeld ten opzichte van de definitieve energierekening voor hetzelfde kwartaal van het voorafgaande jaar.
2. Welke regeling kan de werkgever invoeren?
De werkgever kan kiezen tussen een regeling van volledige schorsing of een regeling van gedeeltelijke arbeid:
- een volledige schorsing is mogelijk voor maximum 4 weken;
- een regeling van gedeeltelijke arbeid, waarbij er minder dan 3 arbeidsdagen per week of minder dan 1 arbeidsweek per 2 weken wordt gewerkt, kan voor maximum 3 maanden worden ingevoerd. Bij het bereiken van de maximumtermijn kan de werkgever onmiddellijk aaneensluitend een nieuwe regeling van volledige schorsing of gedeeltelijke arbeid invoeren zonder eerst een verplichte werkweek te voorzien.
3. Welke stappen moet de werkgever ondernemen om gebruik te kunnen maken van de tijdelijke werkloosheid energie?
Voorafgaandelijke indiening van het formulier C106A-ENERGIE
Als de werkgever gebruik wil maken van het bijzonder stelsel tijdelijke werkloosheid energie, dan moet hij voorafgaandelijk een formulier C106A-ENERGIE indienen bij het werkloosheidsbureau van de RVA van de plaats waar de maatschappelijke zetel van de onderneming gevestigd is. Dit kan elektronisch of via een aangetekende brief.
Het formulier moet tenminste 5 dagen vóór de eerste mededeling aan de RVA ingediend zijn. In de praktijk zal de RVA deze formulieren bij voorrang verwerken en de termijn van 5 dagen soepel toepassen. Vanaf het ogenblik dat de werkgever van de RVA een ontvangstbevestiging van de indiening van het formulier C106A-ENERGIE heeft ontvangen, kan hij de mededeling van de voorziene tijdelijke werkloosheid energie aan de RVA versturen.
Met het formulier C106A-ENERGIE verklaart de werkgever op eer dat de onderneming aan de definitie van een energieintensief bedrijf voldoet. Hij hoeft geen stukken toe te voegen bij het formulier, maar die stukken moeten wel ter beschikking gehouden worden van de RVA die ze kan opvragen en kan controleren.
Kennisgeving aan de werknemers
De werkgever moet de werknemers ten minste 3 dagen vooraf (de dag van de kennisgeving niet inbegrepen) in kennis stellen van de voorziene tijdelijke werkloosheid energie. Deze kennisgeving gebeurt door aanplakking op een goed zichtbare plaats in de onderneming of door een individuele kennisgeving aan iedere werkloos gestelde werknemer.
Op dezelfde dag als de kennisgeving van de voorziene tijdelijke werkloosheid energie moet de werkgever aan de ondernemingsraad of de vakbondsafvaardiging de economische redenen meedelen die de volledige schorsing of een stelsel van gedeeltelijke arbeid rechtvaardigen.
Mededeling aan de RVA
Nadat de werkgever voorafgaandelijk het formulier C106AENERGIE heeft ingediend, moet hij minstens 3 dagen vooraf een elektronische mededeling doen aan de RVA. Deze mededeling moet o.m. de economische oorzaken vermelden die de volledige schorsing of het stelsel van gedeeltelijke arbeid rechtvaardigen. Wil de werkgever zowel voor de arbeiders als voor de bedienden een regeling van tijdelijke werkloosheid energie voorzien? Dan moet hij een aparte mededeling versturen voor de arbeiders en de bedienden.
Maandelijkse mededeling van de eerste effectieve werkloosheidsdag aan de RVA
Voor elke werknemer die tijdelijk werkloos wordt gesteld, moet de werkgever elke maand aan de RVA de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand elektronisch meedelen via de portaalsite van de sociale zekerheid of via batch.
Indien de eerste effectieve werkloosheidsdag in een bepaalde maand reeds gemeld werd voor economische werkloosheid of weerverlet, moet er in dezelfde maand geen nieuwe melding meer gebeuren voor tijdelijke werkloosheid energie.
De mededeling moet worden verstuurd ofwel de eerste dag van de effectieve schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst ofwel de volgende werkdag ofwel, als de werkgever met zekerheid weet dat de werknemer werkloos zal zijn, ten vroegste de vijfde werkdag voorafgaand aan de eerste effectieve werkloosheidsdag.
Andere formaliteiten
Verder moet er op het einde van de maand een elektronische aangifte ASR scenario 5 worden ingediend voor elke werknemer die tijdelijk werkloos wordt gesteld.
Een maandelijkse controlekaart C3.2A is niet vereist tot 31 december 2022.
4. Ontvangen de werknemers een uitkering en hoeveel bedraagt deze?
Sinds 1 juli 2022 moet de werknemer niet eerst een aantal arbeidsdagen in loondienst gedurende een referteperiode bewijzen om toegelaten te worden tot het recht op uitkeringen; de werknemer heeft onmiddellijk recht op uitkeringen tijdelijke werkloosheid.
De werknemer moet wel aan de vergoedbaarheidsvoorwaarden voldoen om effectief uitkeringen te ontvangen, d.w.z. arbeidsgeschikt zijn op de dagen waarop hij uitkeringen aanvraagt, zonder loon zijn, geen vervangingsinkomen ontvangen ...
De werknemers waarvoor tijdelijke werkloosheid energie wordt toegepast, ontvangen een bedrag gelijk aan 70% van het gemiddeld begrensde loon. Op de uitkeringen tijdelijke werkloosheid wordt 26,75% bedrijfsvoorheffing ingehouden. De werkgever moet, bovenop de werkloosheidsuitkering, een toeslag betalen van minstens € 6,22 per dag. Het supplement mag nooit lager zijn dan het supplement dat in het kader van de klassieke stelsels wordt toegekend. In sommige sectoren neemt het Fonds voor Bestaanszekerheid de betaling van de toeslag over van de werkgever.
Welke info heeft CLB Sociaal Secretariaat van zijn klanten nodig om een correcte verwerking te kunnen doen?
- De werkgever doet zelf de aanvraag:
De ontvangstbevestiging van het formulier C106A-ENERGIE van de RVA.
- De werkgever wenst dat CLB sociaal secretariaat de aanvraag doet:
De werkgever moet doorgeven welk systeem hij wenst toe te passen, vanaf wanneer hij de tijdelijke werkloosheid energie wil laten ingaan en voor welke werknemer(s) hij dit wenst toe te passen. Indien CLB Sociaal Secretariaat de eerste effectieve werkloosheidsdag per maand moet melden aan de RVA, dan moeten wij tijdig verwittigd worden.
Deze informatie mag bezorgd worden aan Helen Vaes (h.vaes@clbgroup.be) of Nadine Moors (n.moors@clbgroup.be)